Willem III: Een Moordfeest 2.0

Omgeven door de vorstelijke grandeur van het gerenoveerde Paleis Het Loo, waant de bezoeker zich direct 300 jaar terug in de tijd. Toch krijgt de bezoeker van de voorstelling Willem III: Een Moordfeest 2.0 een verrassend actueel verhaal voorgeschoteld.

Willem III: Een Moordfeest 2.0

Tekst: Linda Huijsmans / Foto: Maarten Albrecht

Koning-stadhouder Willem III was de machtigste Oranje ooit. Artistiek leider van De Tafel van Vijf Michiel Schreuders en schrijver Enver Husicic maakten op basis van zijn levensverhaal een theaterstuk voor scholieren. Hierin staat niet de geschiedenis centraal, maar actuele thema’s als identiteit, onzekerheid, ambitie en de strijd tussen geliefden. Ook het publiek zelf krijgt een aandeel in de voorstelling - via vragen of opmerkingen.

De muziektheatervoorstelling speelt zich af in het Rampjaar 1672. Na de moord op de gebroeders De Witt is Willem III stadhouder van de Republiek geworden, maar zijn ambities reiken verder. Hij wil heerser worden van een Europese grootmacht. De plannen om dat te bereiken, smeedt Willem samen met zijn kamerheer Karl.

Maar er speelt meer tussen deze twee dan politiek alleen. Is de band tussen koning en kamerheer puur vriendschappelijk? En hoeveel vrijheid gunt de koning zijn kamerheer als die zijn dichterlijke talenten wil ontwikkelen? 

Voorafgaand aan de voorstelling krijgen de bezoekers een rondleiding door een deel van het paleis dat Willem III zelf heeft laten bouwen. Het stuk wordt gespeeld in de kapel boven in het paleis. Daar voeren drie acteurs - Barry Emond, Jasper van Hofwegen en Reinier Demeijer - een stuk op met tekst, zang en live muziek, waarbij voor het publiek ook een rol is weggelegd. 

Schrijver Enver Husicic: “De acteurs wenden zich af en toe rechtstreeks tot het publiek met een vraag of opmerking. Vooral jongeren reageren daar altijd op. Ik heb een tekst willen schrijven die juist hen aanspreekt. De personages zijn daarom mensen van deze tijd. De gitarist speelt Cupido, de liedjes gaan over verliefdheid, afwijzing en kwetsbaarheid. Ze zitten dan muisstil en aandachtig te kijken en te luisteren.”

Husicic heeft ook humor in zijn teksten verwerkt en het taalgebruik op zijn jeugdige doelgroep afgestemd. “Zo laat ik Willem ‘Wow, dat is heftig!’ roepen.”
Na afloop praten de spelers na met het publiek, bijvoorbeeld over de vraag: wat zou jij doen als je Karl was? Of Willem? En dan gaat het niet in de eerste plaats over geschiedenis of politiek, maar over identiteit, verliefdheid, onzekerheid en ambitie. Waardoor het verhaal in het Paleis een verhaal van alle tijden is.